Voedingsadvies als we u bestralen bij hoofd-hals kanker
U kunt klachten krijgen in uw mond en keel als we u bestralen bij hoofd-hals kanker. Bijvoorbeeld veel last hebben van slijm, een droge mond, moeilijk slikken of pijn en ontsteking in de mond of keel. Als u deze klachten krijgt, kunt u vaak moeilijker eten en drinken. Om uw behandeling te doorstaan en op gewicht te blijven, moet u juist goed blijven eten. Hier vindt u advies hoe u toch genoeg kunt blijven eten als u last krijgt van klachten.
Specialismen en team
Afspraak en contact
088 979 28 30
ma t/m vr van 08.00 – 16.30 uur
dietetiek@haaglandenmc.nl
Locatie
HMC Antoniushove
AdresBurg. Banninglaan 1, 2262 BA Leidschendam
BewegwijzeringAntoniushove
Ankers
Over voedingsadvies als we u bestralen bij hoofd-hals kanker
U kunt klachten krijgen in uw mond en keel als we u bestralen bij hoofd-hals kanker. Bijvoorbeeld veel last hebben van slijm, een droge mond, moeilijk slikken of pijn en ontsteking in de mond of keel. Als u deze klachten krijgt, kunt u vaak moeilijker eten en drinken. Om uw behandeling te doorstaan en op gewicht te blijven, moet u juist goed blijven eten. Hier vindt u advies hoe u toch genoeg kunt blijven eten als u last krijgt van klachten.
Blijft u last houden van klachten en blijft u afvallen? Dan kunt u door uw arts worden doorverwezen naar een diëtist.
Wat doet u als u last hebt van slijm?
Door het bestralen kunnen uw speekselklieren minder goed gaan werken. Hierdoor wordt het speeksel taai. U kunt het daardoor moeilijker wegslikken. Veel mensen hebben meer last van slijm na het drinken van melk of het eten van producten met veel suiker. Dit komt niet omdat er dan meer slijm ontstaat. Wel kan het slijm taaier aanvoelen na het drinken van melk of het eten van producten met veel suiker.
Stop niet met het eten en drinken van deze voedingsmiddelen als u last heeft van slijm. Deze producten kunnen u namelijk ook belangrijke voedingsstoffen geven. De volgende tips kunnen helpen:
- Zure melkproducten geven minder het gevoel dat er veel slijm zit in uw mond. Voorbeelden van zure melkproducten zijn: karnemelk, yoghurt, drinkyoghurt of dranken als Yokidrink en Fristi.
- Sojamelk en sojatoetjes geven minder het gevoel dat er veel slijm zit in uw mond.
- Koude melkproducten geven minder het gevoel dat er veel slijm zit in uw mond dan lauwe of warme melkproducten.
- Neem na het eten/drinken van melkproducten en/of bij een slijmerig gevoel in de mond/keel na de maaltijd:
- ijsblokjes
- een paar slokjes water of ijswater (drinken of spoelen)
- koolzuurhoudend mineraalwater (drinken of spoelen)
- water met citroensap (drinken of spoelen)
- een zoutoplossing: 2 theelepels keukenzout in 1 liter (lauw) water (spoelen)
- een zout-soda-oplossing: 1 theelepel keukenzout en 1 theelepel soda oplossen in 1 liter (lauw) water (spoelen)
- friszure producten, zoals ananas, augurk, komkommer, zilveruitjes, appel en tomaat (zuigen of kauwen)
- een vitamine C-tablet (zuigen). Let op! Gebruik extra vitamine-supplementen alleen in overleg met de arts of diëtist.
- Wordt het speeksel dik, taai en draderig? Vraag dan advies aan uw arts of een mondhygiënist. Zij kunnen adviseren het slijm te weg te halen met gaasjes of een uitzuigapparaat. Spoelen met een medicijn is ook een mogelijkheid.
Wat doet u als u last hebt van een droge mond?
Het kan zijn dat de speekselkieren minder goed werken door het bestralen. Hierdoor kunt u een droge mond krijgen. U kunt ook last krijgen van een vieze smaak. Tips zijn:
- Zorg dat u verspreid over de dag minstens 1,5 liter vocht binnenkrijgt. Alles wat vloeibaar is, telt mee: water, thee, melk, vla, soep, limonade enzovoort.
- Neem bij het eten steeds kleine slokjes water of een andere drank.
- Smeer veel boter, margarine of halvarine op het brood.
- Smeer veel smeuïg beleg op het brood, zoals paté, leverpastei, vlees- of vissalade, smeerkaas, roerei, jam, honing of fijngemaakt fruit.
- Dip het brood in melk, thee of niet te zoute bouillon.
- Vervang brood eventueel door pap, vla, yoghurt, kwark of drinkontbijt. Of probeer muesli of cornflakes met yoghurt of melk.
- Kauw op fris-zure producten zoals komkommer, appel, tomaat, ananas, augurk of uitjes in het zuur.
- Houdt altijd drinken bij de hand; ook ’s nachts en onderweg. Gebruik daarvoor bijvoorbeeld een waterflesje, bidon of sprayflacon/verstuiver. Sprayflacons kunt u kopen bij de apotheek en drogist.
- Gebruik ijsblokjes, zuigtabletten, pepermuntjes, zuurtjes en kauwgom. Om gaatjes in uw tanden te voorkomen, kunt u suikervrije zuigtabletten en snoepjes nemen.
- Spoel uw mond regelmatig met een zoutoplossing (of een zout-soda-oplossing).
- Verzorg uw mond en gebit goed. De mondhygiënist kan u hierover adviseren.
- Overleg eventueel met uw arts of mondhygiënist of kunstspeeksel of mondgel een oplossing voor u is.
Wat doet u als uw smaak verandert of minder wordt?
Wordt ook uw tong bestraald? Dan kan het gebeuren dat uw smaakpapillen minder goed gaan werken. Uw smaak kan dan veranderen of minder worden. Het kan zijn dat het eten anders smaakt dan u gewend bent. Het kan ook gebeuren dat u eten dat u eerst wel lustte niet meer lekker vindt. Dit komt bijvoorbeeld vaak voor bij vlees. Tips zijn:
- Probeer in plaats van 3 grote maaltijden meerdere kleine maaltijden verdeeld over de dag te eten. U eet dan 6 tot 7 kleine maaltijden per dag. Zo krijgt u toch genoeg eten binnen.
- Probeer veel verschillende producten uit. Eten dat u vroeger niet zo lekker vond, vindt u nu misschien wel lekker.
- Houd er rekening mee dat klachten per dag kunnen wisselen. Wat vandaag niet lekker is, smaakt morgen misschien wel.
- Eten dat u echt vies vindt, kunt u beter niet meer eten. Vaak zijn dat gerechten met een sterke geur. Bijvoorbeeld gebraden/gebakken vlees en koffie. Vervang vlees door vis, (koude) kip, vleeswaren, kaas, een ei-gerecht of vegetarische producten. Of verwerk vlees in sauzen, zoals spaghettisaus.
- Door goed te kauwen kan het eten beter gaan smaken.
- Temperatuur heeft invloed op de smaak. Kijk op welke temperatuur gerechten het beste smaken. Vaak heeft u niet zo’n zin in warme gerechten. Is dat bij u ook zo? Eet dan in plaats van een warme maaltijd een extra broodmaaltijd of salade. Koude gerechten hebben namelijk een minder sterke smaak dan warme.
- Blijf uit de keuken als er wordt gekookt. Gebruik de magnetron als u zelf kookt. Dan heeft u minder last van etensgeuren.
- Frissere voedingsmiddelen smaken vaak goed. Bijvoorbeeld fruit, yoghurt, komkommer, een salade, haring of een appel.
- Probeer eens neutraal smakende voedingsmiddelen zoals pasta, rijst of pap.
- Het is in uw situatie extra belangrijk dat het eten er aantrekkelijk uitziet. U krijgt dan meer zin om te eten.
- Soms smaakt niets. Probeer dan toch iets te eten. Zeg tegen uzelf dat dit nodig is voor uw herstel of voor uw conditie.
- Een vieze smaak in de mond kan komen door te weinig drinken. Drink daarom genoeg.
Neem bijvoorbeeld een pepermuntje, kauwgompje of zuurtje tegen de vieze smaak in uw mond.
Wat doet u als uw mond of keel pijn doet en/of uw mond of keel ontstoken zijn?
Het slijmvlies in uw mond kan in de 2e of 3e week van de bestraling geïrriteerd of ontstoken raken. Ook kunt u een branderig gevoel krijgen tijdens het eten. Tips zijn:
- Neem bij het eten steeds kleine slokjes water of een andere drank. Het eten wordt daardoor vochtig. U kunt het eten dan makkelijker wegslikken.
- Gebruik geen scherpe kruiden en specerijen op uw eten, zoals peper, mosterd, sambal en knoflook.
- Eet geen zoute voedingsmiddelen, zoals gerookte vleeswaren, gerookte vis, bouillon, zoutjes, chips, gezouten pinda’s en zoute drop.
- Eet geen erg zure producten, zoals citroen, grapefruit(sap), sinaasappel(sap), augurk, zure snoepjes enzovoort.
- Fruit kan te scherp zijn als uw slijmvliezen gevoelig zijn. Om toch fruit te eten, kunt u de volgende adviezen proberen:
- Neem minder zuur fruit zoals rijpe peren, perzik, banaan, meloen, aardbeien en avocado.
- Maak zelf vruchtenmoes door zacht fruit in een keukenmachine of met een staafmixer te pureren. Of prak een rijpe banaan fijn.
- Neem eventueel kant-en-klare vruchtenmoes van bijvoorbeeld Olvarit of Blédina.
- Roer room door de vruchtenmoes om de smaak te verzachten.
- Drink minder zure vruchtensappen. Appelsap en Tweedrank kunt u wel gewoon drinken.
- Fruit en vruchtensap worden zachter voor de keel door er bijvoorbeeld vla, volle yoghurt of roomijs (milkshake) aan toe te voegen.
- Geven alle vruchtensoorten klachten? Neem dan limonadesiroop als vervanging van fruit. Bijvoorbeeld Roosvicee of Karvan Cévitam. Drink de limonadesiroop met water of roer een scheut door vla, kwark of yoghurt.
- Neem geen dranken met koolzuur en drinken met (veel) alcohol.
- Eet geen harde stukjes die de slijmvliezen kunnen beschadigen. Bijvoorbeeld broodkorstjes, noten, stukjes hard fruit en hard gebakken gerechten. Ben extra voorzichtig met botjes en graten.
- Dip korsten en krokant eten in melk, niet te zoute bouillon of soep.
- Laat heet drinken en eten afkoelen. U kunt bij een pijnlijke mond en keel beter tegen voedingsmiddelen op kamertemperatuur dan tegen heel hete voedingsmiddelen.
- Soms kunt u goed tegen ijskoude dranken en ijsjes, maar soms ook niet.
- Drinken met een dik, kortgeknipt rietje kan minder pijn doen. Dat geldt ook voor eten met een kleine (plastic) lepel.
- De pijn kan iets minder worden als u uw mond spoelt met kamille.
- Het kan helpen als u uw mond spoelt met een zoutoplossing of een zout-soda-oplossing.
- Verzorg uw mond goed. De mondhygiënist kan u hierover adviseren.
- Neem als dat nodig is alleen vloeibaar voedsel. Ga alleen niet te snel over op een vloeibare voeding. Door te kauwen blijft u namelijk dun speeksel aanmaken. Dat is belangrijk, want een droge mond kan sneller beschadigd raken.
- Overleg met uw arts welke pijnstillers kunnen helpen.
Wat doet u om verslikken te voorkomen?
Als u zich verslikt, komt er eten of drinken in uw luchtpijp. Hierdoor kunt u een longontsteking krijgen. Daarom is het belangrijk om het snel te vertellen aan uw arts als u zich regelmatig verslikt. De arts kan u verwijzen naar een logopedist voor een slikonderzoek als dit nodig is. De volgende tips helpen al om verslikken te voorkomen:
- Zorg ervoor dat u niet afgeleid wordt tijdens het eten. Kies een rustige plek en doe niets anders dan eten. Dus niet tv kijken, lezen of praten tijdens het eten.
- Neem kleine hapjes en slokjes.
- Kauw het eten goed.
- Slik bewust en geconcentreerd.
- Ga als dat kan rechtop zitten tijdens eten en drinken, liefst aan tafel.
- Houd uw hoofd rechtop, of iets naar voren, bij het eten. U verslikt zich namelijk eerder als uw hoofd achterover hangt.
- Gebruik een wijde beker of glas bij het drinken. Uw hoofd hoeft dan niet ver achterover bij het drinken.
- U verslikt zich eerder als u vloeibare producten met stukjes eet. Bijvoorbeeld soep met stukjes wortel of yoghurt met fruit. Kies liever een gladde soep of vla, of maak het eten glad met een staafmixer.
- U verslikt zich eerder als u hete gerechten eet. Laat het eten daarom afkoelen tot een temperatuur die prettiger voor u is. U kunt ook koude gerechten eten.
- Eet en drink niet tegelijkertijd. Slik eerst het eten door. Neem daarna pas een slokje of een volgende hap.
- Let extra op bij het drinken van dunne vloeistoffen (zoals water en thee) en het eten van kruimelige voeding (zoals beschuit).
Wat doet u om ongewenst afvallen te voorkomen?
Een probleem dat veel voorkomt bij kanker, is ongewenst afvallen. Vaak heeft uw lichaam meer energie nodig door de behandeling die u krijgt en/of door de kanker zelf. Tegelijkertijd heeft u minder zin om te eten. Daardoor kunt u afvallen.
Door uzelf regelmatig te wegen, bijvoorbeeld 1 x per week, kunt u bijhouden of u afvalt of aankomt. Valt u meer dan 3 kilo af binnen een maand? Of valt u 6 kilo af binnen een half jaar? Dan krijgt uw lichaam minder energie en voedingsstoffen binnen dan het nodig heeft. Geef dit altijd door aan uw arts. Als u onbedoeld afvalt, krijgt u het advies om voeding met meer calorieën te eten. Hieronder alvast een aantal tips:
- Neem volle melkproducten in plaats van de magere of halfvolle melkproducten. Neem bijvoorbeeld volle melk, volle of Bulgaarse yoghurt, roomkwark en volle chocolademelk. Of neem pap en vla die is gemaakt van volle melk.
- Voeg room toe aan pap en vla, koffie en/of soep. U kunt de slagroom beter ongeklopt gebruiken. Ongeklopte slagroom geeft namelijk een minder vol gevoel dan opgeklopte slagroom.
- Gebruik extra boter, margarine of olie in de warme maaltijd.
- Doe extra suiker, honing of siroop in de pap en yoghurt.
- Doe veel suiker in thee en koffie. Houdt u niet van suiker? Dan is druivensuiker of voedingssuiker zoals Fantomalt geschikt. Deze suikers smaken minder zoet, maar geven evenveel energie als gewone suiker. U kunt ze kopen bij apotheek en drogist.
- Eet verdeeld over de dag meerdere kleine maaltijden. Dus niet alleen 3 hoofdmaaltijden per dag, maar ook steeds iets tussendoor.
- Kies eten en drinken wat u lekker vindt. Het plezier dat (samen) eten en drinken u kan geven, is ook belangrijk.
Wanneer zijn drinkvoeding/desserts met extra energie iets voor u?
Lukt het niet om met gewone voeding en de tips hierboven op gewicht te blijven en genoeg voedingsstoffen binnen te krijgen? Dan kunt u gebruik maken van medische drinkvoeding. Drinkvoeding zijn drankjes of desserts waarin veel energie, eiwit, vitamines en mineralen zitten. Er zijn veel verschillende soorten en smaken. De dietist kan dit voorschrijven. Overleg met de diëtist of u drinkvoeding nodig heeft en hoeveel drinkvoeding u nodig heeft.
Wat doet u als u moeilijk kunt poepen?
Moeilijk kunnen poepen heet ook wel obstipatie of verstopping. Obstipatie komt regelmatig voor als u sommige medicijnen gebruikt. Bijvoorbeeld opiaten. Opiaten zijn medicijnen waarin stoffen zitten op basis van morfine. Maar ook een vloeibaar dieet, minder lichaamsbeweging door ziekte en te weinig drinken kunnen obstipatie veroorzaken. Adviezen zijn:
- Drink zeker 1,5 tot 2 liter per dag (2 liter = 10 glazen of 13 kopjes).
- Neem bij een vloeibaar dieet niet alleen vla en yoghurt. Kies ook voor producten met meer voedingsvezels. Bijvoorbeeld gepureerde peulvruchtensoep, granenpap (zoals havermout), drinkontbijt met vezels, vruchtenmoes, of dieetpreparaten met vezels.
- Blijf zoveel mogelijk bewegen.
- Als dat nodig is, kan uw arts een laxeermiddel voorschrijven. Dat is zeker verstandig als u opiaten gebruikt.
Helpt speciale voeding of een speciaal dieet?
Mensen met kanker willen soms speciale voeding, een dieet, extra vitamines en mineralen of voedingssupplementen gebruiken. Dit doen ze als aanvulling op de behandeling in het ziekenhuis.
Wetenschappelijk onderzoek heeft tot nu toe niet laten zien dat een bepaald eetpatroon of dieet invloed heeft op kanker als die eenmaal is ontstaan. Maar als het u aanspreekt, kan het wel een steun voor u betekenen. Bijvoorbeeld omdat u zelf iets wilt doen. Of omdat u ervaart dat u zo invloed kunt uitoefenen op uw situatie. Het kan ook zijn dat het past bij uw kijk op het leven.
Meestal kunt u uw gewicht en conditie ook op peil te houden met een alternatief dieet. Het kan echter voorkomen dat u door uw ziekte en/of behandeling moeite heeft met eten. Het kan ook gebeuren dat u door uw ziekte en/of behandeling voor korte of langere tijd niet normaal mag of kunt eten. Kortom, u moet uw voeding aanpassen aan uw medische en persoonlijke situatie.
Voedingssupplementen zoals vitamines en mineralen zijn soms een nuttige aanvulling. Maar ze kunnen ook schadelijk zijn als u te veel van bepaalde stoffen binnenkrijgt. Overleg daarom altijd met uw arts en diëtist als u erover denkt om een speciaal dieet of voedingssupplementen te gebruiken.
Mag u roken en alcohol drinken?
Roken en alcohol hebben duidelijk een nadelige invloed op de resultaten van de behandeling. Door roken en alcohol kan uw ziekte ook terugkeren. Daarom is het belangrijk dat u stopt met roken en alcohol drinken.
Meer informatie?
Voor tips, recepten en adviezen over eten met en na hoofd- en halskanker kunt u kijken op:
Betrouwbare informatie uit wetenschap en praktijk over voeding tijdens en na de behandeling vindt u op:
Vragen over voedingsadvies als we u bestralen bij hoofd-hals kanker?
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Dan kunt u ons op de volgende manieren bereiken:
- U kunt van maandag tot en met vrijdag van 08.00 tot 16.30 uur bellen met een diëtist van het ziekenhuis. U bereikt ons op telefoonnummer 088 979 28 30.
- U kunt ook een e-mail sturen naar dietetiek@haaglandenmc.nl. Vermeld in de e-mail uw HMC-patiëntennummer.
- U kunt uw diëtist verder vragen stellen via een e-consult op patiëntenportaal mijnHMC.