Sondevoeding thuis met een neus-maagsonde
U krijgt thuis sondevoeding via een neus-maagsonde. Hier leest u meer over de sonde en de sondevoeding. Ook staat hier hoe u de sonde verzorgt.
Specialismen en team
Afspraak en contact
088 979 28 30
ma t/m vr van 08.00 – 16.30 uur
dietetiek@haaglandenmc.nl
Locatie
HMC Antoniushove
AdresBurg. Banninglaan 1, 2262 BA Leidschendam
BewegwijzeringAntoniushove
Ankers
Over sondevoeding thuis met een neus-maagsonde
U krijgt thuis sondevoeding via een neus-maagsonde. Hier leest u meer over de sonde en de sondevoeding. Ook staat hier hoe u de sonde verzorgt.
Waarom sondevoeding thuis?
Eten en drinken lukt bij u tijdelijk niet meer. Of u kunt niet genoeg eten en drinken. Een reden hiervoor kan zijn dat u niet goed kan slikken. Het kan ook zijn dat het risico groot is dat u zich verslikt. Bijvoorbeeld door een ziekte, bestraling of een operatie.
U kreeg door uw problemen met eten en drinken al sondevoeding in het ziekenhuis. Uw arts en diëtist hebben aangegeven dat u ook thuis sondevoeding moet krijgen. Zo voorkomen we dat u ondervoed raakt. Bent u al ondervoed? Dan kunnen we hier met sondevoeding iets aan doen.
Weet u niet waarom u sondevoeding krijgt? Vraag dit dan aan uw arts of diëtist.
Wat is sondevoeding?
Sondevoeding is dunne, vloeibare voeding. In sondevoeding zitten alle voedingsstoffen die u iedere dag nodig heeft. Bijvoorbeeld koolhydraten, eiwitten, vetten, vitamines, mineralen en water.
Soorten sondevoeding
Er zijn verschillende soorten sondevoeding. Uw diëtist zorgt ervoor dat u de sondevoeding krijgt die u geeft wat u nodig heeft. De diëtist past de sondevoeding later ook weer aan als dat nodig is.
Soms mag u naast de sondevoeding ook gewoon eten en drinken. Uw arts of diëtist zal het u vertellen als u ook gewoon mag eten en drinken.
Welke manieren zijn er om sondevoeding te krijgen?
U kunt sondevoeding op 3 manieren krijgen: intermitterend, continu of per portie. Uw arts of diëtist bepaalt, samen met u, welke manier het beste is voor u. Hieronder leggen we de 3 manieren uit.
Intermitterend
Continu
Per portie
Intermitterend
Bij intermitterend voeden krijgt u een deel van de dag sondevoeding. De voeding druppelt bij u naar binnen. Dit kan soms ook ’s nachts gebeuren.
De rest van de dag wordt het systeem afgekoppeld en de sonde afgesloten. Als dat mag, kunt u dan zelf gewoon eten en drinken.
Continu
Ook bij continu voeden loopt de sondevoeding druppel voor druppel bij u naar binnen. Dit gaat dag en nacht door. Vaak krijgt u per etmaal 20 van de 24 uur sondevoeding. Daarna krijgt u 4 uur rust. Hoe de verhouding tussen voeden en rust precies is, hangt onder andere af van hoeveel sondevoeding u nodig heeft.
Per portie
Bij toediening per portie krijgt u op verschillende momenten per dag een bepaalde hoeveelheid sondevoeding. Bijvoorbeeld 6 tot 8 keer per dag een portie van 250 tot 300 ml. Dit kan gebeuren op de momenten waarop u normaal ook iets zou eten.
Sondevoeding met of zonder pomp?
U kunt sondevoeding krijgen met of zonder pomp. Een pomp zorgt ervoor dat de voeding met een ingestelde inloopsnelheid door de sonde loopt. Krijgt u de sondevoeding zonder pomp? Dan regelt u zelf de snelheid waarmee de voeding in de sonde druppelt.
De diëtist zal met u overleggen of sondevoeding met of zonder pomp het beste past bij uw omstandigheden.
Voedingspomp
Krijgt u sondevoeding met een pomp? Dan vraagt uw diëtist de pomp voor u aan. De leverancier van de voedingspomp komt bij u langs om uitleg te geven over de pomp. U krijgt van de leverancier ook informatie op papier over het gebruik van de pomp.
Wat is een neus-maagsonde?
Een neus-maagsonde is een lange, dunne en flexibele slang. Die slang brengen we door uw neus in uw maag. Via de slang komt sondevoeding in uw maag. Soms gebruiken we de sonde ook om u medicijnen te geven.
Neus-maagsonde
Hoe controleert u de neus-maagsonde?
Het is belangrijk dat u controleert of de neus-maagsonde nog goed in de maag ligt voordat u hier voeding of medicijnen door laat stromen.
Hoe u dit doet, leggen we hieronder uit en kunt u in dit filmpje zien: Ligging controleren.
- Controle van de sonde:
a) Controleer of het markeringsstreepje op de goede plaats zit. Het streepje hoort te zitten op de plek waar de sonde de neus verlaat.
b) Controleer of de sonde goed is vastgeplakt.
c) Kijk als dat kan of u de sonde nog achter in de keel ziet liggen. Deze mag niet (gedeeltelijk) opgekruld in de mond liggen. - Denkt u dat het uiteinde van de sonde niet (meer) in de maag ligt? Bijvoorbeeld omdat u hevig heeft gehoest, moest overgeven of aan de sonde heeft getrokken? Bepaal dan de zuurtegraad (pH) van het maagsap en kijk hoe het maagsap eruit ziet. U kunt de zuurtegraad bepalen met een speciale pH strip:
a) Leg een spuit van 60 ml en een pH strip klaar.
b) Was uw handen.
c) Koppel de sondevoeding af.
d) Spuit wat lucht (5 tot 10 ml) in de sonde. De lucht zorgt ervoor dat er geen voeding of water meer in de sonde zit.
e) Trek 1 of 2 ml maagsap op met dezelfde spuit.
f) Druppel het maagsap op het gele vierkantje van de strip.
g) Wacht 60 seconden.
h) Houd de strip bij de gekleurde blokjes op het zakje waar de pH strips in zitten. Kijk welk vakje op het zakje dezelfde kleur heeft als de pH strip. Het getal bij het vakje geeft aan welke pH waarde het maagsap heeft.
i) Is de pH waarde lager of gelijk aan 5.5? Dan ligt de sonde bijna zeker in de maag. U kunt de sonde gebruiken om hier voeding of medicijnen door te laten gaan. Is de pH waarde hoger dan 5.5? Bel dan met uw arts voordat u begint met de sondevoeding of het nemen van medicijnen via de sonde.
Hoe geeft u sondevoeding met een spuit?
Moet u de sondevoeding in porties krijgen? Dan gebruikt u vaak een spuit voor het geven van de sondevoeding. Hoe u dit doet, leggen we hieronder uit en kunt u in dit filmpje zien: toedienen via spuit
- Doe de gewenste hoeveelheid sondevoeding in een maatbeker. Komt de sondevoeding net uit de koelkast? Laat deze dan eerst op kamertemperatuur komen.
- U trekt de voeding eerst op met een 50 ml spuit.
- U koppelt de spuit aan het verbindingsstuk. Draai het kraantje zo dat de spuit in verbinding staat met de sonde. Let op dat u de sonde omhoog houdt, zodat er geen maagsap uitloopt.
- Nu kunt u de spuit langzaam leegdrukken. Het is belangrijk om hier genoeg tijd voor te nemen. Doe hier minimaal 5 minuten over. Drukt u de spuit te snel leeg? Dan kunt u last krijgen van maagkrampen en diarree.
- Heeft u de portie nog niet helemaal gegeven? Herhaal dan de stappen hierboven.
Hoe bewaart u sondevoeding?
- Een verpakking die nog niet open is, kunt u buiten de koelkast bewaren tot de houdbaarheidsdatum.
- Een aangebroken pak met de dop erop kunt u 24 uur bewaren in de koelkast.
- Is een pak aangesloten op de pomp? Dan is het ook maximaal 24 uur houdbaar.
Hoe geeft u medicijnen met de sonde?
Vaak moet u ook medicijnen nemen via de neus-maagsonde. Sommige tabletten mogen niet gemalen worden. Dit geldt bijvoorbeeld voor medicijnen met een beschermlaagje tegen het maagzuur. Ook medicijnen die geleidelijk en vertraagd hun werkzame stof afgeven (retard tabletten), mag u niet malen. Overleg met uw apotheek of diëtist of u uw medicijnen mag fijnmalen.
Het is belangrijk dat uw arts of apotheek medicijnen die niet fijngemalen mogen of kunnen worden vervangt door een suspensie, poeder, druppels of zetpil. Let tijdens het toedienen van de medicijnen op de volgende punten:
- Controleer of de neus-maagsonde goed ligt voordat u de medicijnen toedient.
- Spuit de neus-maagsonde voor en na het toedienen van de medicijnen door met minimaal 20 ml lauwwarm water.
- Vermeng de medicijnen nooit met sondevoeding.
Het kan voorkomen dat u medicijnen moet innemen op een nuchtere maag. U moet dan minimaal 1 uur stoppen met de sondevoeding, zodat u de medicijnen kunt toedienen. Laat dit weten aan uw diëtist. De diëtist zorgt dan dat de pompstand wordt aangepast als u continu sondevoeding krijgt.
Hoe spoelt u de neus-maagsonde door?
Doorspoelen van de neus-maagsonde is belangrijk om verstoppingen te voorkomen. U moet de sonde daarom minimaal 4 tot 6x per dag doorspoelen met 20-30 ml lauwwarm water. Gebruik hiervoor een 20 ml spuit of een 60 ml spuit. Spoel in ieder geval door voor en na het geven van sondevoeding en medicijnen.
Hoe u het doorspoelen doet, leggen we hieronder uit en kunt u in dit filmpje zien: Doorspuiten via sonde
- Zet de sondevoeding stop.
- Pak een 20 of 50 ml spuit en vul deze met lauwwarm kraanwater.
- Koppel de spuit aan het verbindingsstukje van de sonde.
- Druk nu met enige kracht de spuit leeg.
Hygiëne
Bij het toedienen van sondevoeding en het verzorgen van een neus-maagsonde is het belangrijk om schoon te werken. Dit maakt de kans op gezondheidsproblemen zo klein mogelijk. De volgende regels zijn belangrijk:
- Was altijd uw handen voordat u begint met het verzorgen van de neus-maagsonde of met het geven van sondevoeding.
- Zorg ervoor dat u op een schone plek kunt werken. Bijvoorbeeld een schone tafel of een schoon aanrecht.
- Let op de uiterste houdbaarheidsdatum van de sondevoeding.
- Verwissel een pak sondevoeding nadat deze maximaal 24 uur heeft aangehangen. Verwissel het pak ook als het nog niet leeg is.
- Verwissel minstens 1x per 24 uur het sondevoedingssysteem (dit is de slang die u aansluit tussen de zak voeding en de voedingspomp).
- Spoel de sonde minimaal 4 tot 6x per dag door met 20-30 ml kraanwater. Gebruik bij voorkeur lauwwarm water (zie de informatie hierboven over het doorspoelen van een neus-maagsonde).
- Is een pak al geopend, maar nog niet aangesloten? Bewaar dit dan afgesloten in de koelkast. Het pak is dan nog maximaal 24 uur houdbaar.
Ook de informatie in het filmpje Bewaren en vervangen is nuttig.
Hoe verzorgt u uw neus?
De neus-maagsonde gaat via de neus naar de slokdarm en ten slotte naar de maag. Doordat de sonde via de neus gaat, kan uw neusslijmvlies aan de binnenkant van uw neus geïrriteerd raken. Wanneer uw neusslijmvlies geïrriteerd raakt, wordt het rood en/of ziet u wondjes.
Is uw neusslijmvlies geïrriteerd geraakt? Dan kunt u een vaselinezalf gebruiken. Smeer de zalf op de binnenkant van het neusgat. U kunt de neus-maagsonde ook op een andere plek vastplakken dan waar deze eerst zat. We raden u aan om iedere dag te controleren of u neus rood is en of er beginnende wondjes zijn.
Hoe verzorgt u uw mond en gebit?
Als u niet eet via uw mond, maken de speekselklieren in de mond minder of geen speeksel aan. Speeksel beschermt normaal gesproken uw mond en gebit. Doe daarom het volgende:
- Poets 3x per dag uw tanden of gebitsprothese en tandvlees. Gebruik hiervoor een zachte tandenborstel.
- Spoel eventueel met chloorhexidine mond-kaakspoeling (dit kunt u kopen bij de apotheek).
- Vet uw lippen in met vaseline.
Neuspleister bij een neus-maagsonde
De neus-maagsonde zit meestal vast aan de neus met een pleister. Hierdoor blijft de neus-maagsonde goed op zijn plek zitten. De pleister kan na een tijdje losraken door het uitdrogen van de pleister, zweten of huidvet. Daarom is het belangrijk om regelmatig de pleister te vervangen door een nieuwe. Anders kan de neus-maagsonde uit de neus vallen of verschuiven
Vervang de pleister om de 3 dagen en na iedere douchebeurt. Vervang de pleister ook meteen als u merkt dat ze niet meer goed plakt.
Hoe verwisselt u een neuspleister?
- Leg een pleister en eventueel een vochtig gaasje of washandje klaar.
- Knip de pleister af.
- Maak de neus-maagsonde vast op uw wang (met tape) of bovenkleding (met tape en een veiligheidsspeld). Zo voorkomt u dat de sonde verschuift. Haal vervolgens voorzichtig de oude pleister los.
- Haal oude pleisterresten weg met het washandje of vochtig gaasje. Maak het washandje of gaasje nat met koud water. Droog hierna de neus goed af. Anders plakt de nieuwe pleister niet goed.
- Plak de nieuwe pleister op een iets andere plek op de neus dan de vorige pleister. Dit voorkomt dat u drukplekken krijgt op de neus.
- Probeer de pleister zo te plakken dat de neus-maagsonde mee kan bewegen bij iedere slikbeweging.
Wat doet u bij…?
…een verstopte neus-maagsonde
Raakt de neus-maagsonde verstopt, ondanks dat u deze ieder dag doorspoelt? Dan kunt u het volgende proberen:
- Neem een spuit van 10 ml en spuit met lichte druk lauwwarm water door de neus-maagsonde. Herhaal dit nog een keer als dat nodig is.
- Gebruik nooit koolzuurhoudende dranken of frisdranken om te spoelen.
- Kunt u de verstopping zien? Dan kunt u proberen om de neus-maagsonde op die plek zachtjes te kneden. Komt de verstopping daardoor los? Dan kunt u de sonde daarna doorspuiten met lauwwarm water.
- Spoel de sonde met natrium-bicarbonaatoplossing (2%, 4% of 8%). Deze vloeistoffen kunnen soms vlokken oplossen die door maagzuur ontstaan.
…verstopping (obstipatie)
Verstopping (obstipatie) betekent dat u langer dan 3 dagen niet heeft gepoept. We noemen het geen verstopping als u meestal minder dan 1x per 3 dagen ontlasting heeft. Oorzaken van verstopping kunnen zijn:
- sondevoeding met te weinig vezels
- te weinig vocht binnenkrijgen
- te weinig beweging
- gebruik van medicijnen
Neem contact op met uw arts of diëtist als u verstopping heeft.
…diarree
Belangrijk bij diarree is dat u voldoende vocht binnenkrijgt. U kunt water binnenkrijgen door de neus-maagsonde. Mag u zelf drinken van uw arts? Dan kan dit natuurlijk ook.
Houdt u langer dan 3 dagen last van diarree? Neem dan contact op met uw (huis)arts. Neem contact op met uw diëtist als u sinds kort veranderd bent van sondevoeding. Want dan kan de diarree daar misschien door komen.
Andere oorzaken van diarree kunnen zijn:
- te snel voedsel toedienen via de sonde
- te grote porties
- te koude voeding
- onhygiënisch klaarmaken en/of toedienen van de sondevoeding
- medicijnen die u gebruikt
…misselijkheid en overgeven
U kunt last krijgen van misselijkheid en overgeven:
- als de pompstand van de voedingspomp te hoog staat
- als u te veel sondevoeding per portie krijgt
- als de sondevoeding te koud of te warm is bij het toedienen
Neem contact op met uw diëtist als u sinds kort een ander voedingsschema heeft. Neem in andere situaties contact op met uw arts.
…een neus-maagsonde die eruit gevallen is, niet goed ligt of is verstopt
Het kan voorkomen dat de neus-maagsonde niet goed ligt of eruit is gevallen. Het kan ook gebeuren dat u een verstopping niet zelf kunt oplossen. Neem dan contact op met:
- uw arts
- de Spoedeisende Hulp van HMC Westeinde via telefoonnummer 088 979 23 80 (buiten kantooruren)
Vragen over sondevoeding thuis met een neus-maagsonde
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Dan kunt u ons op de volgende manieren bereiken:
- U kunt van maandag tot en met vrijdag van 08.00 tot 16.30 uur bellen met een diëtist van het ziekenhuis. U bereikt ons op telefoonnummer 088 979 28 30.
- U kunt ook een e-mail sturen naar dietetiek@haaglandenmc.nl. Vermeld in de e-mail uw HMC-patiëntennummer.
- U kunt uw diëtist verder vragen stellen via een e-consult op patiëntenportaal mijnHMC.