Dupuytren

Over Dupuytren

U wordt geopereerd omdat u last heeft van Dupuytren. Op deze webpagina leest u meer over uw aandoening en de behandeling ervan.

Wat is Dupuytren?

Dupuytren, ook wel koetsiershand genoemd, is een goedaardige aandoening waarbij de vingers geleidelijk krom gaan staan. Er ontstaan verdikkingen en samentrekking van de bindweefselplaat onder de huid. Deze aandoening is niet geheel te genezen, maar wel te behandelen. Naast de hand kan de aandoening ook voorkomen bij de voetzool en bij de penis. Er is nog geen duidelijke oorzaak gevonden van deze aandoening. Soms verloopt de aandoening geleidelijk, maar de kromtrekking kan ook snel toenemen. Hierdoor ontstaat dan stijfheid van de gewrichten. De meeste mensen klagen over functieverlies en soms is er ook sprake van pijn.

Operatie

Bij een operatie kan gekozen worden voor naald aponeurotomie en partiële fasciectomie.

Naald aponeurotomie:

Hierbij wordt met een naald door de huid de bindweefselstreng onderbroken, maar niet verwijderd. Na deze ingreep kunt u in de meeste gevallen de vinger weer beter strekken. De kans dat de aandoening weer terugkeert, is zeker aanwezig bij deze ingreep. Voordeel is dat het een relatief eenvoudige ingreep is die snel resultaat geeft.

Partiële fasciectomie:

Hierbij wordt middels een huidsnede zoveel mogelijk dupuytrense weefsel verwijderd. Het is vrijwel nooit mogelijk om al het weefsel weg te halen, omdat het weefsel ook in vitale structuren groeit. Soms is het nodig om ook huid weg te halen. Dan kan een huidtransplantatie nodig zijn. Bij partiële fasciectomie is de kans nog aanwezig dat de kromtrekking weer terugkomt, maar de operatie geeft bij het merendeel van de mensen een goed resultaat. Uw vinger functioneert dan weer beter en de pijn neemt af. De wond wordt gesloten met oplosbare of niet-oplosbare hechtingen.

Soms wordt een drukverband of gipsspalk voor korte duur aangelegd.

Voorbereiding op de operatie:

• De plastisch chirurg bespreekt de operatie met u tijdens uw bezoek aan de polikliniek.
• Na het consult bij de plastisch chirurg wordt voor u de afspraak gemaakt voor de operatie op de operatiekamers of op de poliklinische operatiekamers. Waar de operatie plaatsvindt, is afhankelijk van de uitgebreidheid van de aandoening. U krijgt een afspraak bij de anesthesist als de operatie op de operatiekamers zal plaatsvinden (onder narcose of met verdoving van de gehele arm). Is alleen lokale verdoving voldoende, dan hoeft u niet langs de anesthesist.
• Meldt het de plastisch chirurg wanneer u bloedverdunnende medicijnen gebruikt. Bloedverdunnende medicijnen zijn bijvoorbeeld Fenprocoumon (Marcoumar), Acenoumarol (Sintrom), Dabigatran (Pradaxa), Apixaban (Eliquis), Rivaroxaban (Xarelto), Fraxiparine, Clopidrogel (Plavix), Dipyridamol (Persantin), Ticagrelor (Brilique), Prasugrel (Efient), Ascal, APC, Asprobruis, Aspirine, Diclofenac, Naproxen, Brufen of Voltaren.
• Meldt overgevoeligheden, bijvoorbeeld overgevoeligheid voor latex of pleisters.
• Wordt u geopereerd op de operatiekamers? Dan wordt u opgenomen op de dag van operatie. U moet dan nuchter zijn. Voor de operatie krijgt u alle praktische informatie in een brief of telefonisch. Ondergaat u een poliklinische operatie (onder lokale verdoving)? Dan moet u een kwartier voor de afgesproken tijd aanwezig zijn. U hoeft dan niet nuchter te zijn.

Alcohol

Wij raden u aan om de dag voor en op de dag van de ingreep geen alcohol te drinken, omdat dit bloedverdunnend werkt. De kans op nabloeding wordt dan groter.

Na de operatie:

• U kunt pijn hebben als de verdoving is uitgewerkt. De anesthesist spreekt de pijnstilling na de operatie met u af.
• Houdt uw hand hoog (hartstreek of hoger). Heeft u een mitella (draagdoek) gekregen? Draag de hand dan overdag hoog in de mitella en gebruik ’s nachts een kussen in bed om uw hand hoog te houden.
• U mag uw vingers voorzichtig bewegen, maar niet intensief strekken of buigen. Ook moet u zwaar tillen vermijden.
• U krijgt een afspraak mee voor controle op de polikliniek. Niet-oplosbare hechtingen worden na 12-14 dagen verwijderd.

Complicaties

De kans op een infectie of nabloeding is klein. Voor elke operatie geldt dat risico’s zoals een nabloeding of een infectie nooit geheel kunnen worden uitgesloten.
Wordt de plek waar u bent geopereerd rood of heeft u veel last van pijn? Dan moet u meteen contact opnemen met het ziekenhuis.

Tot slot

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Dan zal de plastisch chirurg of de verpleegkundige van de polikliniek ze tijdens het spreekuur graag met u doornemen. Het kan handig zijn om uw vragen van tevoren op papier te zetten.
Heeft u voor of na de operatie nog aanvullende vragen of zijn er complicaties? Dan kunt u maandag tot en met vrijdag van 08.00 tot 16.30 uur contact opnemen met de polikliniek Plastische Chirurgie, telefoonnummer: 088 979 44 99.

Voor complicaties buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de Spoedeisende Hulp (SEH) van HMC Westeinde: 088 979 23 80.