Mola-zwangerschap
Bij een mola-zwangerschap is er wel placenta (moederkoek), maar geen embryo (kindje). Hier leest u meer over onderzoek, behandeling en gevolgen van een mola-zwangerschap.
Specialismen en team
Afspraak en contact
Gynaecologie
HMC Antoniushove
HMC Bronovo en
HMC Westeinde
088 979 24 22
ma t/m vr van 08.00 – 16.30 uur
HMC Gezondheidscentrum Wassenaar 088 979 72 45
ma t/m vr van 08.00 – 16.30 uur
Contact per e-mail
U kunt ook per e-mail contact met ons opnemen. Wilt u een afspraak maken, annuleren of wijzigen? Mail ons dan minimaal 1 werkdag van te voren.
Vermeld in uw bericht:
- Uw naam
- Uw geboortedatum
- Datum van de afspraak
- Naam van de arts
- Uw telefoonnummer
E-mailadressen
- HMC Antoniushove: gynah@haaglandenmc.nl
- HMC Bronovo: vrouw@haaglandenmc.nl
- HMC Westeinde: gynwz@haaglandenmc.nl
Verloskunde
HMC Bronovo
HMC Westeinde 088 979 24 22
ma t/m vr van 08.00 – 16.30 uur
Spoed (ook overdag) en buiten kantooruren 088 979 21 04
Contact per e-mail
U kunt ook per e-mail contact met ons opnemen. Wilt u een afspraak maken, annuleren of wijzigen? Mail ons dan minimaal 1 werkdag van te voren.
Vermeld in uw bericht:
- Uw naam
- Uw geboortedatum
- Datum van de afspraak
- Naam van de arts
- Uw telefoonnummer
E-mailadressen
- HMC Antoniushove: gynah@haaglandenmc.nl
- HMC Bronovo: vrouw@haaglandenmc.nl
- HMC Westeinde: gynwz@haaglandenmc.nl
Locatie
HMC Antoniushove
AdresBurg. Banninglaan 1
2262 BA Leidschendam
begane grond, route rood
HMC Westeinde
AdresLijnbaan 32
2512 VA Den Haag
begane grond, route blauw
Ankers
Over een mola-zwangerschap
Bij een mola-zwangerschap is er wel placenta (moederkoek), maar geen embryo (kindje). Hier leest u meer over onderzoek, behandeling en gevolgen van een mola-zwangerschap.
Wat is een mola-zwangerschap
U wordt zwanger als een zaadcel een eicel bevrucht. Deze eicel deelt zich daarna. De 2 cellen die zo ontstaan, delen zichzelf ook weer. Bij een normale zwangerschap ontstaan uit deze cellen een embryo en een placenta.
Gaat er bij of kort na de bevruchting iets mis? Dan kan het gebeuren dat alleen de placenta doorgroeit in de baarmoederholte. Er is dan geen embryo. Ook ontstaan er blaasjes met vocht erin. We noemen dit een mola-zwangerschap.
Wat is de oorzaak van een mola-zwangerschap
We weten niet precies hoe een mola-zwangerschap komt. Sommige vrouwen hebben meer risico op een mola-zwangerschap. Bijvoorbeeld vrouwen die komen uit Zuidoost-Azië. Ook hebben vrouwen onder de 15 jaar en boven de 40 jaar meer risico op een mola-zwangerschap. Een mola-zwangerschap komt heel weinig voor: bij 1 op de 2000 zwangerschappen.
Klachten bij een mola-zwangerschap
Meestal heeft u bij een mola-zwangerschap last van dingen waar ook andere zwangere vrouwen last van hebben. Bijvoorbeeld moe en misselijk zijn. Wel hebben vrouwen met een mola-zwangerschap vaak meer last van deze klachten. Als u langer zwanger bent, is er bij een mola-zwangerschap meer kans dat u bloed verliest via uw vagina.
Onderzoek bij een mola-zwangerschap
Denken we dat u misschien een mola-zwangerschap heeft? Dan maken we een echo. Bij een echo kijken we met hulp van geluidsgolven in uw buik. Bij een mola-zwangerschap zien we op de echo geen vruchtzakje met een embryo. Wel zien we veel kleine blaasjes in de baarmoederholte.
Het kan ook gebeuren dat we de mola-zwangerschap ontdekken als u een echo krijgt om een andere reden. Bijvoorbeeld omdat we geen hartje hoorden kloppen of omdat u bloed verliest via uw vagina. Of omdat uw baarmoeder te groot lijkt. Het gebeurt ook dat wat eerst een miskraam lijkt, later een mola-zwangerschap blijkt te zijn.
Naast de echo nemen we vaak wat bloed bij u af. Dit bloed onderzoeken we in het laboratorium. We kijken dan hoeveel zwangerschapshormoon (HCG) in het bloed zit. Bij vrouwen met een mola-zwangerschap, zit veel zwangerschapshormoon in het bloed. Soms maken we ook een longfoto. Hierop kunnen we zien of de blaasjes uit de baarmoeder zich hebben verspreid naar uw longen.
Behandeling van een mola-zwangerschap
Bij een mola-zwangerschap adviseren we een curettage. Bij een curettage zuigen we de baarmoederholte schoon met een dun slangetje. Dit dun slangetje brengen we naar binnen via uw vagina.
U krijgt narcose bij een curettage. Dit betekent dat u even gaat slapen tijdens de behandeling. Het kan gebeuren dat u veel bloed verliest bij de curettage. We geven u dan extra bloed tijdens of na de behandeling.
Na de curettage kunt u nog een paar weken wat bloed verliezen en bruine afscheiding hebben.
Controle
Bij een curettage proberen we zoveel mogelijk blaasjes weg te halen uit uw baarmoederholte. Maar er blijven altijd blaasjes achter. Meestal ruimt uw lichaam deze blaasjes op. We onderzoeken regelmatig uw bloed. We lijken dan hoeveel zwangerschapshormoon erin zit. Hoe minder zwangerschapshormoon zit in uw bloed, hoe minder blaasjes er nog zijn in uw lichaam.
In het begin onderzoeken we uw bloed iedere week. Is de hoeveelheid zwangerschapshormoon in uw bloed normaal? Dan onderzoeken we uw bloed daarna minder vaak: 1x per maand. Dit blijven we dan nog 6 maanden doen. Gemiddeld duurt het 3 tot 4 maanden tot de bloeduitslagen normaal zijn.
Daalt de hoeveelheid zwangerschapshormoon niet genoeg? Dan moeten we u extra behandelen. Hieronder leest u meer hierover.
Persisterende trofoblast
Soms gaan de blaasjes niet helemaal weg uit de baarmoeder of groeien ze zelfs weer aan. Ook kunnen de blaasjes zich via het bloed naar de longen verspreiden. Heel soms komen ze terecht op andere plekken in uw lichaam. Dit alles noemen we een persisterende trofoblast.
Meestal merkt u niet dat u een persisterende trofoblast heeft. Soms krijgt u weer last van zwangerschapsverschijnselen. Bijvoorbeeld moe zijn, misselijk zijn en gespannen borsten. Het kan ook gebeuren dat u bloed verliest via uw vagina.
Een persisterende trofoblast groeit uit tot kanker als we niets doen. Daarom moet u chemotherapie (behandeling van kanker met medicijnen) krijgen bij persisterende trofoblast. Deze behandeling geven we u op de polikliniek. U hoeft dus niet in het ziekenhuis te blijven slapen als u chemotherapie krijgt.
De kans dat u geneest door de behandeling is groot. Wilt u geen kinderen meer krijgen? Dan kunnen wij ook uw baarmoeder weghalen. De gynaecoloog bespreekt met u welke behandeling het beste is in uw situatie.
Weer zwanger worden na een mola-zwangerschap
Na een mola-zwangerschap is het beter om een tijd te wachten totdat u weer zwanger wordt. Anders kunt u weer klachten krijgen door achtergebleven blaasjes. Het is daarom verstandig om nog een half jaar anticonceptie (voorbehoedsmiddelen) te gebruiken nadat de hoeveelheid zwangerschapshormoon in uw bloed weer normaal is. U kunt het beste de pil nemen als u wilt voorkomen dat u zwanger wordt. Bij een spiraaltje bestaat namelijk de kans op bloedingen. De gynaecoloog bespreekt dit ook nog met u.
Heeft u chemotherapie gehad door een persisterende trofoblast? Dan is het verstandig om pas weer zwanger te worden als de hoeveelheid zwangerschapshormoon in het bloed 1 jaar normaal is.
Na een mola-zwangerschap heeft u niet meer kans op onvruchtbaarheid, gezondheidsproblemen of medische problemen tijdens een volgende zwangerschap. Wel heeft u een iets grotere kans (1 op de 100) op een nieuwe mola-zwangerschap. Daarom is het goed om al in het begin van de nieuwe zwangerschap een echo te laten maken. Zien we op de echo geen afwijkingen? Dan kunt u voor controle van uw zwangerschap bij de verloskundige terecht.
We adviseren u om uw bloed 6 weken na de bevalling te laten controleren op het zwangerschapshormoon.
Herstel na de behandeling van een mola-zwangerschap
Na een curettage herstelt u meestal snel. Vaak verliest u nog 1 of 2 weken wat bloed. U kunt in die tijd ook bruine afscheiding hebben. Het is verstandig om te wachten met seks tot het bloed en de afscheiding stopt.
Veel vrouwen hebben het psychisch moeilijk met een mola-zwangerschap. Alle plannen en fantasieën over uw kindje zijn ineens voorbij. Dat is een teleurstelling. Onzekerheid over wat de mola-zwangerschap betekent voor uw gezondheid, maakt de verwerking soms moeilijker dan na een gewone miskraam. U kunt last krijgen van verdriet, schuldgevoelens, ongeloof, boosheid en een gevoel van leegte. Misschien vraagt u zich af waarom het mis ging.
Dat u lang moet wachten voor u weer zwanger mag worden, kan moeilijk zijn. Zeker als u al wat ouder bent. Als u chemotherapie heeft gehad, kan dit de verwerking nog lastiger maken.
Het is moeilijk te zeggen hoe lang de verwerking duurt. Dit is bij iedereen anders. Het kan ook zijn dat uw partner anders aankijkt tegen de gebeurtenissen dan u doet. Misschien gaat de verwerking bij uw partner sneller of juist langzamer. Dat kan problemen geven in uw relatie. Het is dan verstandig om erover te praten: met elkaar, maar ook met anderen. Bijvoorbeeld met stellen die hetzelfde hebben meegemaakt.
Hulporganisaties
Er bestaat geen speciale hulporganisatie voor vrouwen die een mola-zwangerschap hebben gehad. Er is wel een landelijke vereniging voor mensen met vruchtbaarheidsproblemen: Freya.
Freya kan u helpen om antwoord te krijgen op uw vragen. Ook kan de vereniging u helpen bij het zoeken van hulp en steun in de omgeving waar u woont.
Registreren van mola-zwangerschappen
In Nederland registreren we alle mola-zwangerschappen bij het Radboudumc. Door de registratie in het Nijmeegse ziekenhuis willen we meer te weten komen over mola-zwangerschappen. De gynaecoloog meldt ook uw gegevens bij de registratie aan. Dit doet de gynaecoloog niet als u dit niet wilt en hier bezwaar tegen maakt.
Meer lezen
Marianne Cuisinier en Hettie Janssen:
Met lege handen; 2e dr. Houten:
Unieboek, 1997. ISBN 90 269 6699 7
Wiebe Braam en Martha van Buuren:
Als je zwangerschap misloopt.
Baarn: La Rivière 1995 ISBN 90 384 0365 8
Deze informatie is met toestemming overgenomen van/gebaseerd op de tekst van de folder ‘Mola-zwangerschap’ van NVOG. De inhoud is aangepast aan de situatie in ons ziekenhuis. Meer informatie kunt u vinden op de website van de NVOG: www.degynaecoloog.nl.